De dag van de bijna gestolen fiets



    Ik woon sinds kort in een volksbuurtje midden in het centrum. Een dorpje binnen een groot dorp. De straatjes zijn smal. Zo smal dat ik mijn overbuurman kan horen snurken als we zomers de ramen open hebben. Als het mooi weer is zitten de bewoners buiten. Iedereen weet alles van iedereen. Het zijn grappige, oude huisjes van midden 1800 met een houten dak. Zomers is het slaapkamertje net zo warm als een tent die hele dag in de zon heeft gestaan. Op weg naar de Oude Gracht liep ik nietsvermoedend mijn buurtbewoners tegemoet. Vrolijk bierdrinkend zaten ze op straat. Ineens hoorde ik een raar, harde gil. Ik keek naar beneden en zag hoe ik een klein hondje bijna wurgde door het dier met mijn benen over de grond te slepen. Ik had het 'visdraad' dunne hondenkoordje niet gezien, wat gespannen bleek te zijn van de ene kant van het smalle steegje naar de andere kant. Het was schemerig en het koordje hing op tien centimeter hoogte. "Kan je niet uitkijken waar je loopt!" riep de Utrechtse vrouw woedend. De mannen begonnen te lachen, ik hield wijzenlijk mijn mond, terwijl de dame natuurlijk belachelijk onredelijk was. Gelijk hebben is wat anders dan gelijk krijgen. Mijn kostbare reisfiets staat altijd binnen omdat ik nog geen plek heb in de fietsenstalling naast mijn huis. Ik had per ongeluk een tweedehands gabberhouse-achtige cd gekocht. Leek me echt iets voor mijn jonge buurman. Het was een lange dag en ik besloot de cd meteen te geven. Hij was er zichtbaar blij mee, enigszins opgelaten ging ik meteen naar binnen. Om half twaalf 's avonds miste ik ineens mijn bril die altijd in mijn rugzak zit. Die moest dus in mijn fietstas zitten... Maar de fiets was niet in huis? Ik had gewoon staan afwassen en besefte me niet dat mijn fiets zonder slot buiten stond. De weg naar de buitendeur duurde enkele seconden, genoeg lange seconden om te beseffen dat mijn giropasje in de rugzak zat. In angstig gespannen toestand opende ik de deur en durfde bijna niet om de hoek naar buiten te kijken. De fiets stond gewoon tegen de muur, met het achterlicht nog aan en de rugzak in de fietstas. In mijn buurtje wordt goed opgelet.