Onlangs was ik in Groningen voor een semi-blinde date. De dame zei:
"Dit is dus het Groninger museum". Het was inmiddels 16.00 uur en ik was
heel erg nieuwsgierig. Daar ik niet dikwijls in Groningen kom verzocht
ik het meisje beleefd om even een kort bezoek aan het veel besproken museum
te maken. Ik vond het wel een beetje onbeleefd maar na enige weerstand
zwichtte ze. De hoofd tentoonstelling was van een zekere "Mischa Klein".
Schreeuwerige, grafiti-achtige schilderijen. Zei me niks. En beneden was
een ook nog een afdeling. Veel concept-art. Marcel Duchamp hing in
1930 ooit een urinoir op, Joseph Beuys gooide wat zand en hout op de grond,
en de kunstwereld verklaarde dit tot kunst. Terwijl ze zelf heel "interessant"
beweerden dat alles kunst is (of iets dergelijks) . Wel een grappige ontwikkeling
toen, maar als ik nu door het Groninger museum loop en zie een Wolvenvacht
op grond liggen en blijkt dat hele museum vol licht met dit soort
objecten , dan ben ik toch een beetje teleurgesteld. De laatste tendens
is, dat er nauwelijks meer "geschilderd" word. Men heeft een idee (concept)
en voert dit uit. Techniek of vakmanschap hoeft totaal geen rol meer te
spelen. Vermoeiend. Het lijkt wel de popmuziek, met die concept (house)
muziek. Nu ligt dat Groninger museum in het water in een soort sloot en
in de kelder kan je door de ramen het water op ooghoogte zien stromen.
De wateroverlast door hevige regenval in Groningen en Drenthe heeft er
voor gezorgd dat het waterpeil dermate hoog werd dat het water niet meer
tegen houden was in de kelder van het Groninger museum en het blank kwam
te staan. Ook het in de kelder liggende café, jolig getiteld "het
Onderwatercafé". Op het journaal zag ik de woordvoerster zeggen
"het is ramp" en er lagen zandzakken in de ramen om de het water tegen
te houden. Dat noem ik nou "functionele concept art"
|