Een Potje breken Het souterrain van het Herenhuis had iets van een decor uit een oude horror film. Het grote bed in de andere slaapkamer was ineens wel erg leeg. De witte tegels van mijn slaap ’gangetje’ waren koud. Mijn hoofdkussen lag tegen een glazenwand, die de twee vertrekken scheidde. Op tijd naar bed gaan was het enige leuke wat ik hier nog kon bedenken. Om op de etage van Justine en Wendieke te komen moest ik een stalen trap in de tuin nemen. Er was ook een trap die direct naar de kelder leidde. Daar mocht ik geen gebruik van maken. Ik kon maar niet in slaap vallen die nacht. Plotseling hoorde ik een zacht getik op het venster. Ik schrok, gaf een gil en durfde amper te kijken maar deed het toch. Achter het raam stond Justine. Ze glimlachte. Slechts gehuld in haar geruite boxershort en een wit t-shirt. Bruin golvend haar, los tot over haar schouders. Tijdens het laatste ontbijt was ze nog vrij afstandelijk, dat was nu wel anders. Ze liep schaamteloos mijn kamer binnen. "Ha Biels, ik ben het maar" zei ze met een zacht Vlaams accent. Hoe wist Justine mijn bijnaam? Ze ging aan het voeteneind op mijn bed zitten. "Vind je het leuk dat ik er ben?" Ik werd nu toch wel vrij verlegen. Deze half-naakte Justine kwam niet alleen om te praten. "Jij vindt Wendieke leuk he? Ik zag je wel kijken aan de ontbijttafel." Ik kon het niet ontkennen maar ik dacht nu helemaal niet aan Wendieke. "Heb je een vriendinnetje?" vroeg ze lachend. Ik hoefde niets te zeggen, ze wist het antwoord toch al. "Zeg Bielske heb je al gezien wat voor groot, schoon bed hier naast staat?" Mijn hartslag was inmiddels verdubbeld. "Het wordt nu wel wat koud hier. Vind je het goed als ik bij vannacht jou slaap". vroeg ze 'onschuldig'. Haar Belgische manier van praten en het geweldige voorstel maakte me nu ineens aan het lachen. "Maar Justine jij valt toch eigenlijk op vrouwen?" Nu werd Justine ineens geďrriteerd. "Ja en nu, mag ik daarom niet bij jou zijn?". "Justine, ik vind jou heel erg leuk" zei ik geraakt. "Jaja, gij bekrompen Hollander". Justine kon bij mij wel een ‘potje breken’. Een paar seconden later lagen we onder de dekens van het grote bed. Samengesmolten. De ware praline, mijn Justine, een eeuwigheid. Ik wilde hier nooit meer weg. |